18/11/2009
Sinds een aantal jaren is er flink wat commotie gerezen rond genetische manipulatie en de productie en verspreiding van genetisch gemanipuleerde organismen (GGO of GMO).
De fascinerende story van de GMO’s begon een kleine dertig jaar geleden in het lab van Marc Van Montagu en Jeff Schell aan de Gentse Rijksuniversiteit. Daar werden de basisprincipes van genenmanipulatie ontdekt. Deze resultaten werden toen uitvoerig in de media besproken en de toepassingen ervan uitvoerig aan het publiek aangeprezen tijdens de eerste Flanders Technology-beurs te Gent.
Langzamerhand ontwikkelde zich een publiek debat waarin vooral de media, organisaties zoals Greenpeace en Oxfam en sommige politieke partijen (Groen! en nu de PS) actief betrokken zijn.
Probleem is dat deze polemiek vooral in Europa niet politiek neutraal is. Veel van de retoriek rond GMO’s heeft dikwijls weinig te maken met de onderliggende wetenschap, maar wel met problemen rond industrialisatie van de landbouw en vooral rond de controle over de voedselproductie. Het debat rond GMO’s is dan ook symptomatisch voor een bredere sociologische en politieke trend met zeer diepgaande gevolgen ook voor de wetenschap en de wetenschappers.
Harry Van Onckelen is emeritus hoogleraar en diensthoofd van het Laboratorium voor Biochemie en Plantenfysiologie van de Universiteit Antwerpen, medewerker van diverse wetenschappelijke organisaties en auteur van meer dan 200 publicaties in internationaal gerenommeerde tijdschriften.