16/11/2011
Vlaanderen kan terecht trots zijn op de vele meesterwerken die de Vlaamse schilders uit de 16e en 17e eeuw ons hebben nagelaten. Zeker in de tijd dat deze tot stand kwamen waren ze een voorbeeld voor anderen, waarbij dezen probeerden soortgelijke werken te maken. Daarmee kwamen soms meesterwerken tot stand, al of niet in de situatie dat de meester zelf enige controle had over het scheppingsproces van het kunstwerk, waarbij twijfels ontstonden of de werken wel terecht aan de meester konden worden toegewezen. Regelmatig duiken er dan ook discussies op of bepaalde meesterwerken wel degelijk van de hand van de bekende Vlaamse meester zijn.
Deze avond spreekt de kunsthistoricus Arnout Balis over dit onderwerp en hij doet daarbij onder meer verslag van zijn onderzoekingen naar het al of niet terecht aan Rubens toegeschreven zijn van bepaalde werken. Deze onderzoekingen vonden in 2009 plaats aan het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen. Naast de gebruikelijke beoordeling van compositie en schildertechniek is daarbij ook gebruik gemaakt van infraroodreflectografie en röntgenstralen. De snelle evolutie bij deze technieken maakt het mogelijk om meer zekerheid te krijgen bij de discussie of bepaalde meesterwerken al of niet terecht aan Rubens waren toegeschreven.
Het onderzoek was in het bijzonder ook bedoeld om meer zekerheid te krijgen bij het beeld van Rubens als doortrapte man van de wereld eerder dan een schilder die een voorbeeld voor anderen kon zijn. Hierbij speelde ook de mogelijke leugenachtigheid van de officiële biografieën over Rubens een rol. Bij deze moet immers zeker rekening worden gehouden met het gecreëerde ideaalbeeld van de kunstenaar. Het in de loop der eeuwen uit bronnenonderzoek verkregen historisch materiaal dat dit ideaalbeeld zou kunnen verstoren werd grotendeels genegeerd. Dit mede om de functie van deze biografieën als stichtend voorbeeld voor aankomende kunstenaars en als bewijs van Rubens als groot nationaal figuur niet te ondermijnen.
Arnout Balis (1952, Schaarbeek) studeerde aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent (RUG). Hij werd doctor aan diezelfde universiteit in 1983 op basis van zijn uitgebreide studie van jachttaferelen van de hand van Pieter-Paul Rubens. Arnout Balis kan worden omschreven als een vooraanstaand kunsthistoricus, gespecialiseerd in de Vlaamse Kunst van de zestiende en zeventiende eeuw. Hij publiceerde onder meer over de werking van Rubens’ atelier en over de toeschrijvingsproblematiek. Hij is hoofddocent aan de Vrije Universiteit Brussel en heeft ook gedoceerd aan de Universiteit Antwerpen. Hij was lid van de Commissie Geschiedenis, Archeologie en Kunstgeschiedenis van het FWO en de Standing Committee for the Humanities van de European Science Foundation.